Notities voor haptonomie uit ‘Humanisme van de andere mens’ van Emmanuel Levinas – ingeleid, vertaald en geannoteerd door Prof. dr. A. Th. Peperzak

Leestijd ruim 8 minuten

‘I should e’en die with pity to see another thus.’ * (Shakespeare, King Lear IV, 7)

Het humanisme bevindt zich in een crisis omdat de mens zijn kracht steeds overschat doordat veel processen zich buiten zijn greep blijken af te spelen. Humanisme werd geboren als een emancipatiebeweging van waaruit de mens uit zijn horigheid aan godsdienstige en politieke overheden werd bevrijd. Zelfbewustzijn, autonomie en individuele vrijheid zijn daarin belangrijke onderdelen. Deze bijdrage kan worden gezien als een duiding van en rond deze begrippen. Ter afronding worden enkele, ook haptonomische, elementen besproken.

Door Leander Tijdhof

Door de ander kom ik in discussie

Zelfbewustzijn is bij Emmanuel Levinas op te vatten als een beweging van het ‘ik’ die uitkomt waar die is begonnen. Door die beweging ontstaat een extreme vorm van zelfbetrokkenheid en autonomie. De filosoof probeert de grens van deze totaliteit te doorbreken. Het doorbreken van de grenzen van de totaliteit van zelfbezit en autonomie vereist een transcendentie. Voor het doorbreken van de grenzen en daarmee transcendentie heeft het humanisme minder aandacht getoond.

Transcendentie opgevat als een doorbraak van de grenzen van onze totaliteit is sterk zichtbaar in onze relatie tussen mij en de ander of het andere. De relatie tot de ander ontdoet zich van mijzelf en stelt mij in een discussie. Omdat dit zich telkens weer voordoet ben ik in staat om nieuwe mogelijkheden te ontdekken. Of een behoefte tot het ontdekken van nieuwe dingen ontstaat hangt af van de cultuur. Geen enkele menselijke behoefte bestaat immers op de eenzinnige manier van de dierlijke behoeften.

In relatie tussen mij en de ander waarin ik mijzelf ter discussie stel bestaat een verschil dat onpeilbaar is. Dit onpeilbare verschil tussen mij en de ander vormt volgens Levinas de niet-on-verschilligheid van de verantwoordelijkheid die ik draag. Met het in een nabijheid zijn van mijn naaste tekent zich in niet-on-verschilligheid een basis af van de gemeenschap tussen mij en de ander. Deze gemeenschap is als een broederschap die eenheid tussen mensen brengt.

Subject buiten orde van redelijkheid

In deze tijd geven wij de voorkeur aan mathematische identiteiten die wij van buitenaf identificeren. Die voorkeur stellen we boven een samenvallen met onszelf terwijl dat eerder werd gezien als de verankering van het schip van ons exacte weten. Daarmee is in deze tijd het subject buiten de orde geplaatst van de redelijkheid. Onderzoekend denken in vrijheid is nu een omweg geworden. In die omweg bedienen structuren zich om zich aan het licht te brengen in een systeem. Zo wordt de waarheid nu niet meer gezocht door de mens in zijn roeping. Het is nu de waarheid zelf geworden die de mens verwerkt en zonder de liefde in een greep houdt. Alles wat menselijk is staat nu buiten de mens. Het is een formulering van materialisme.

Een opvatting dat wij aan elkaar gelijk zijn is zeer discutabel. De manier waarop de ander tevoorschijn komt en wordt waargenomen is radicaal anders dan de manier waarop ‘ik’ me aan mijzelf toon. De gelijkheidsopvatting kan ook geen weergave kan zijn van onmiddellijke waarneming. Die waarneming laat juist een wezenlijk verschil zien tussen de ontmoeting met de ander en ons zelfbesef.

Onze waarnemingen zijn nimmer gelijk aan de betekenissen die we geven. De ervaring van de waarnemingen biedt inhouden zoals vastheid, geluid, ruwheid, smaak en warmte. Die inhouden bezielen we met onze meta-foren. Daarmee krijgt iedere inhoud over een gegeven heen een betekenisvolle lading. Een metafoor kan leiden tot een andere inhoud die buiten de waarneming valt.

Ander manifesteert zich door betekenis

Het begrip van een ander hoort tot het domein van de hermeneutiek. De ander manifesteert zich op een manier waarop elke betekenis zich voordoet. De ander, aanwezig in onze cultuur, wordt van daaruit belicht zoals een tekst door context. Het is dit geheel dat de aanwezigheid van de ander waarborgt. In het licht waaruit de wereld in de oorsprong bestaat komt een manifestatie als het ware naar voren.

Het menselijke gelaat waarmee de ander zich aan mij toont is geen masker. Een masker veronderstelt een gelaat. De ander is als een gat in de wereld die uit het ‘absoluut afwezige’ voortkomt. Het afwezige is hier absoluut omdat de afwezigheid zich niet openbaart of geopenbaard heeft. In het spoor van het andere of van de ander komt een gelaat tevoorschijn. Wat zich aan mij kenbaar maakt is bezig om zich uit mijn wereld los te maken. Een verstoring bestaat uit het spoor zelf waarbij het spoor zich in mijn wereld grift. Een verstoring die niet bepaald wordt door de ander of het andere op zich.

Toewijding of ik wil of niet

Het is, stelt Levinas, dienstbaarheid en verantwoordelijkheid die in ‘mij’ in een ontmoeting de boventoon voeren. Daarin ben ik sub-ject, een subject  ten opzichte van de ander. Ook wanneer ik niks voel voor de ander ben ik in een ontmoeting voor-de-ander. Ik ben als ‘mij’ een lijdend subject: of ik wil of niet ben ik altijd toegewijd aan anderen.

Omdat ik altijd toegewijd ben aan anderen en daarmee het anderszijn van de ander steeds erken volgt daaruit een oneindige verantwoordelijkheid voor die ander. We ervaren dit iedere dag, elke minuut en elke seconde weer. Het is iets dat ons steeds overkomt en overweldigt in ons contact met anderen.

We zijn nooit helemaal thuis bij onszelf

Onze dienstbaarheid van het ‘voor de ander zijn’ houdt in dat wij nooit helemaal thuis bij onszelf kunnen zijn. Met onze obsessie door de ander, omdat we nu eenmaal altijd gijzelaar zijn, blijven we ongerust. Door die kwetsbaarheid worden onze verplichtingen zwaarder en zwaarder en wordt ons tekortschieten alleen maar meer en meer. Dit alles maakt mijn, onze verantwoordelijkheid voor de ander onbegrensd.

Het andere is in hetzelfde besloten zoals een eind besloten ligt in een begin. Onze oriëntatie van het zelfde naar het andere dat op een vrije manier tot stand komt benoemt Levinas als ‘Werk’ (‘Oeuvre’). Een werk blijft niet identiek met zichzelf en keert ook nooit naar hetzelfde terug. Het andere zorgt ervoor dat ondankbaarheid ontstaat. Dankbaarheid immers is een terugkeer van een beweging naar de oorsprong ofwel het-zelfde.

Ons lichaam voelt en wordt gevoeld. Voelend staan we aan de kant van de objecten maar wanneer er gevoeld wordt zijn we subjectief. Onze culturele schepping van iets is daarmee onderdeel van de waarneming. Daaruit volgt dan ook dat cultuur en artisticiteit onderdelen zijn van de zijnsleer.

Sensibiliteit vereist openheid

Sensibiliteit is te omschrijven als een kwetsbaarheid die voorafgaat aan ons denk- en wilsvermogen en het vermogen tot handelen. De sensibiliteit is als een streling waarbij vooraf onze huid als het ware open werd gesteld. Dit laatste komt omdat sensibiliteit nu eenmaal openheid vereist. De kwetsbaarheid houdt hier een geobsedeerdheid door de ander in.

Dankzij onze sensibiliteit zijn wij voor de ander. Die verantwoordelijkheid is een gegeven die we niet bewust kunnen aansturen. Het voor de ander zijn is als een dagvaarding die aan onze vrijheid vooraf gaat. Ons proces van voor de ander zijn verloopt dan ook passief. Het karakteriseert de passiviteit van onze kwetsbaarheid.

Presentie sluit verandering uit

Met het bestaan van onze innerlijkheid geven we aan dat er in ons ‘zijn’ iets is voor dat het zijn begint. In ons zijn kan innerlijkheid niet in vrijheid opgenomen zijn. De innerlijkheid dringt zich op in het zijn en leent zich daarom niet voor presentie en representatie. Wat zich nu present stelt is al gebeurd. Maar het gebeurde is een slagboom van bewustzijn nog niet gepasseerd. Dit gebeuren laat zich dus nog niet achterhalen. Presentie is ondanks het zijn. Daarbij keert het zijnde om of gaat eraan vooraf.

Presentie, ook een haptonomisch begrip, sluit verandering uit of verzwelgt de verandering. Een steeds opnieuw present stellen van iets betekent dat er nooit sprake van verandering kan zijn. Het is de representatie die verwijst naar een herinnering van iets dat in een verleden present was. De representatie verwijst door de verbeelding naar dat wat ons toe gaat komen. Representatie is dan ook een verwijzing naar de toe-komst. Een representatie culmineert in ons zelfbewustzijn of subjectiviteit.

Waarnemen is lichamelijk

Waarnemen karakteriseert Levinas als een lichamelijk proces. Een gegeven dat waargenomen kan worden zal zich immers verlichten met een geheel van zijn of een zijnde dat zich aan ons kan voordoen. Deze doen zich voor nog voordat ze zich via ons denken als objecten weerspiegelen. Wanneer we als een subject de weerspiegeling in ons opnemen staat een subject aan de kant van het zijn om dat wat zich voordoet te kunnen bewerken.

Het is onze ken-activiteit die begint vanachter het object: in ‘de coulissen van het zijn’ wordt wordt deze verlicht wil het subject tot ontvangen in staat zijn. En zo zijn we als toeschouwer in een lichamelijk proces ook acteur. Ons zien is niet slechts een ontvangst van schouwspel; met ons zien voeren we ook iets op.

Noot

* Soortgelijke hedendaagse tekst: ‘I would die of pity to see someone else in my condition’.

Literatuur

Emmanuel Levinas, ‘Humanisme van de andere mens – Ingeleid, vertaald en geannoteerd door Prof. Dr. A. Th. Peperzak’, Uitgeverij Kok Agora, Kampen, 1990.

Eerdere items

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Aanraking als aanzien in zien’, https://haptonomiehaptotherapie.com/2016/09/01/aanraking-als-aanzien-in-zien/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (1 september 2016).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Wie ik niet ben’, https://haptonomiehaptotherapie.com/2016/05/30/wie-ik-niet-ben/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (30 mei 2016).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Voordat ik ontluik’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2016/04/19/voordat-ik-ontluik/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (19 april 2016).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Ontwikkeling als communicatie’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2016/03/22/ontwikkeling-als-communicatie/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (22 maart 2016).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘De ander zo dichtbij’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2016/02/21/de-ander-zo-dichtbij/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (21 februari 2016).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Ontvankelijkheid als verantwoordelijkheid’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2016/01/18/ontvankelijkheid-als-verantwoordelijkheid/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (18 januari 2016).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Bekoring van erkenning’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2015/12/21/bekoring-van-erkenning/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (21 december 2015)

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Aanraken uit de leegte’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2015/11/07/aanraken-uit-de-leegte/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (7 november 2015).

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Daar waar spreken stopt’, http://haptonomiehaptotherapie.com/2015/09/25/daar-waar-spreken-stopt/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (25 september 2015).

Annotatie

Drs. Leander P. Tijdhof, ‘Zijn voor de ander’, https://haptonomiehaptotherapie.com/2017/02/08/zijn-voor-de-ander/, Kennisweb haptonomie, Stichting Kenniscentrum Haptonomie Hapsis Utrecht (8 februari 2017).